Het is de meest voorkomende straatnaam van Nederland: Kerkstraat. Trouwens ook in België en Frankrijk. In ons land zijn er ongeveer 500 Kerkstraten, terwijl er maar 355 Nederlandse gemeenten zijn. De kans is groot dat er ook in jouw woonplaats een Kerkstraat is. Sterker nog: elke christen woont tijdens deze Coronacrisis in een Kerkstraat.
Liever luisteren dan lezen?Kerk gesloten
Ook jouw kerk is gesloten vanwege de maatregelen. Dat doet pijn. Je ontmoet geen andere christenen. Samen zingen en bidden zit er niet in. Niemand weet hoe lang dat duren gaat – niemand, dan God alleen.
Misschien zeg je: ‘onze kerk is niet gesloten, want er vinden nog kerkdiensten plaats zonder kerkgangers’. Dat is waar. Het is waardevol dat er op veel plekken online kerkdiensten gehouden worden.
Toch is het de vraag of de kerk ‘open’ is, als er kerkdiensten worden gehouden zonder kerkgangers. De Corona-crisis roept een vraag op, die er toe doet: wat is ‘de kerk’ eigenlijk?
Kerk, kerk en kerk
Onze Nederlandse taal helpt niet mee om een antwoord op de vraag te vinden. Het begint al bij het woord ‘gemeente’: ‘Gereformeerde Gemeenten’ verwijst naar een kerkverband, maar ‘christengemeente’ juist naar een plaatselijke kerk.
De ene christen bedoelt met ‘kerk’ het kerkgebouw (‘Dorpskerk’), een ander denkt bij dat woord eerder aan ‘kerkdienst’ (‘naar de kerk gaan’), een derde bedoelt er een kerkverband mee (‘Protestantse kerk’). Wie van de drie is ‘de kerk’ eigenlijk? Wil de echte kerk opstaan?
Drie keer juist
Laat ik een typisch dominees-antwoord geven op de vraag. Ze zijn alledrie juist. ‘De kerk’ is één van Gods ingenieuze manieren om op aarde present te zijn. Zijn Geest gaf het zetje dat de kerk in beweging bracht met Pinksteren. Zijn Geest liet de kerk groeien tot een beweging in drie delen.
Het begon bij de verzameling christenen in één bepaalde woonplaats. In het Nieuwe Testament lezen we over kerken die niet groter waren dan het aantal mensen dat in één huis aanwezig kon zijn. Dat is de eerste dimensie van ‘de christelijke gemeente’, de kerk.
Het Nieuwe Testament was nog niet afgeschreven, of er ontstonden netwerken van christelijke gemeenten die elkaar hielpen. Denk maar aan de collecte die Paulus organiseert voor de noodlijdende kerk van Jeruzalem. Dit is wat wij nu vaak een kerkverband of een netwerk van kerken noemen, de tweede dimensie van de christelijke gemeente, de kerk.
Als laatste in de tijd begonnen kerken speciale plaatsen van samenkomst te bouwen. Kerk komt van het Griekse kuriáke, ‘dat wat van de Heer is’. In het Nieuwe Testament kwamen zulke gebouwen niet voor. Het lijkt er wel op dat de christelijke gemeente om praktische redenen in dezelfde huizen samenkwam. Zo werd wellicht de opmaat naar ‘eigen’ kerkgebouwen gegeven.
Bijkomende genade
Samengevat: ‘de kerk’ als christelijke gemeente en ‘de kerk’ als netwerk van kerken zijn zonder twijfel Bijbels. Ze zijn onmisbaar. De ‘kerk’ als gebouw zie ik als ‘bijkomende genade’. Denk aan wat Jezus zegt: ‘Zoek eerst het Koninkrijk van God, en al het andere ontvang je bovendien’. Lid zijn van de christelijke gemeente, en je als gemeente verbinden aan andere gemeenten – dat is ‘zoek eerst het koninkrijk’. Daar een specifiek gebouw voor kunnen bouwen is iets dat je ‘bovendien ontvangt’.
Scherper gezegd: je kunt geen kerk zijn zonder je aan andere christenen te verbinden, of zonder dat je je verbonden weet met andere kerken. Maar je kúnt kerk zijn zonder kerkgebouw. Heel veel christenen wereldwijd weten niet anders: zij kunnen of mogen niet samenkomen in een speciaal gebouw. Een kerkgebouw is een grote zegen, bijkomende genade – maar op de keper beschouwd geen noodzaak.
‘De kerk’ is dus niet hetzelfde als ‘het kerkgebouw’. ‘De kerk’ zijn niet de stenen, het torentje of de kerkklok. De Bijbel denkt bij de christelijke gemeente aan mensen, aan elkaar verbonden door het geloof. Als het moet, kunnen we zonder het kerkgebouw. Deze gedachte is in deze crisis even behulpzaam als inspirerend.
Dit is jouw Kerkstraat
Wat is de kerk? ‘Waar twee of drie in mijn Naam samen zijn, ben Ik in hun midden’, zegt Jezus. De kerk is waar Christus is. De kerk is waar christenen hun handen ineen slaan op met elkaar te bidden. In deze crisis is de kerk niet ‘dicht’ of ‘weg’. Hoogstens is de kerk verhuisd – van het kerkgebouw naar jouw huiskamer.
Kijk eens naar buiten – nu, terwijl je dit leest. Zie je straat waarin je woont? Dit is jouw Kerkstraat. Hier ben jij christen temidden van je buren. Dit is de plek waar Jezus ook wil wonen. Dit is de plaats waar je (desnoods via telefoon of Zoom) bidt met geloofsgenoten. Dit is het zendingsveld waar de Geest je heen heeft gebracht. Hier ben jij geroepen je naasten tot hand en voet te zijn. Anderhalve meter afstand moet je houden. Maar binnen tweemaal anderhalve meter begint de invloedssfeer van ‘de kerk’.
En natuurlijk ‘ga je naar de kerk’ op zondag. In de woonkamer of de keuken. Of de plek waar je ook maar de christelijke samenkomst thuis meeviert. Ook al is er geen gebouw dat open is, de weg naar elkaar blijft open. Gebed maakt ons één, van keukentafel tot keukentafel en van hart tot hart. Een open Bijbel is Gods manier om grenzen te doorbreken zodat we één zullen zijn in Christus.
Laat de heilige Geest ons verlangen heiligen: dat Hij door een virus-crisis heen ons van Kortjakje-geloof genezen zal, dat alleen om zondagen draait. Dat Hij ons leren zal stap voor stap élke dag Jezus te volgen, tot de deurbel van onze buurman aan toe.